Dagelijks worden er door WMO Radar activiteiten georganiseerd voor de jeugd in de Tarwewijk. Van de wekelijkse Playground op verschillende speelpleintjes in de wijk voor de jongste kinderen, tot aan het zaalvoetballen en Gametime voor de pubers en jongeren. Het werk wordt door jeugd- en tienerwerkers met een duidelijk doel en met veel plezier gedaan: ,,Het glimlach van een kind, maakt mij zo blij.”
WMO Radar is een begrip in heel Rotterdam. Ook in de Tarwewijk, in het Millinxparkhuis, is de stichting te vinden. Naast de eerder genoemde activiteiten is er ook een zogenaamde “Powerclass” voor de kinderen uit groep 5,6,7 en 8, gericht op de sociale ontwikkeling van het kind. Dit gebeurt door middel van maatschappelijke thema’s die op een speelse manier worden uitgelegd en bijgebracht aan de kinderen. Het is een van de activiteiten die behoren tot het vaste weekprogramma en in de vakanties wordt dat programma nog eens uitgebreid. Een van de jeugd- en tienerwerkers die dit organiseren, is de 26-jarige Cansu. Met veel plezier en passie doet ze het werk. ,,Het zorgt voor een positief effect op m’n leven.”
Cansu komt uit Nijmegen, maar voor haar studie verhuisde ze naar Rotterdam. Na een stage en verschillende ervaringen bij maatschappelijke instanties kwam ze terecht bij WMO Radar. Eerst was ze “een vliegende keep”, zoals ze zelf het noemt. Door heel Charlois was ze te vinden. Maar na een tijdje wilde ze in een specifiekere wijk aan de slag. Uiteindelijk werd dat de Tarwewijk. Ze heeft op meerdere plekken in de wijk gewoond, maar haar liefde voor de Tarwewijk blijft altijd. ,,Ik heb hier ruim twee jaar gewoond en toen ik naar een ander deel van de stad verhuisde moest ik echt huilen. Ik vind het gewoon een hele leuk wijk, het is lekker ‘multiculti’. Natuurlijk zijn er ook problemen in de wijk, maar dat is overal. Toch heb ik het idee dat er vaak een negatief beeld is over de wijk.” De media spelen daar volgens Cansu ook een rol in. ,,Het is gewoon stigmatisering. Wat journalisten daarin anders zouden kunnen doen? Meng je meer in de wijk, maak ook verhalen over de positieve dingen. Want die zijn er ook genoeg.”
Cansu en haar collega’s bereiken veel jongeren, maar volgens haar valt de opkomst soms toch wat tegen. ,,Dat komt onder andere doordat er verschillende buurten in de wijk zijn. Denk aan de Millinxbuurt of de Verschoorbuurt. Soms waren er wat onderlinge ruzie’s of conflicten tussen bepaalde wijkjes. Doordat wij voornamelijk in de Millinxbuurt te vinden zijn, bleven mensen uit de Verschoorbuurt dan weg.” Toch merkt Cansu dat er steeds meer verbroedering komt in de wijk: ,,Dat is ook iets waar we naar streven en waar we trots op zijn als we dat zien ontstaan. We willen dat iedereen in de wijk doorheeft dat we als Tarwewijk samen een zijn, want samen kunnen we vooruit.”